Ineens is het zo ver. Het voetballen is begonnen. Dat het eraan kwam wist ik omdat de leuke supermarktreclames weer op tv zijn, maar vraag me niet of het een EK of een WK is. Voetbal is een van de sporten waar ik niet graag naar kijk. Vaag herinner ik me een biologiekamp op de middelbare school waarbij we samen een belangrijke wedstrijd van het Nederlands elftal hebben gekeken op een heel klein tv’tje. Met het hele kamp samen kijken was gezellig en natuurlijk was ik blij dat “we” wonnen maar verder boeide het me niet zo. Mijn vriendinnen waren wég van Marco Van Basten en Hans –God hoe heet hij ook alweer– Van Breukelen. Ik was, je moet toch meedoen, wég van Ronald Koeman want die vonden mijn vriendinnen minder leuk en ik vond het wel grappig dat hij die ballen helemaal van achter uit dat veld zo ver kon schoppen. Gek genoeg weet ik zijn rugnummer nog, van andere voetballers zou ik dat niet weten. Voor diegenen die zich nu afvragen of ik het echt wel weet: nummer vier.
Wat dat betreft bof ik met manlief. Hij kijkt wel eens voetbal, maar lang niet alles. Vroeger hadden we een benedenbuurman, Henk, die heel veel voetbal keek. De flat was vrij gehorig, dus als er een goal viel hoorden we dat aan het gejuich (of gevloek) van Henk. Door snel de tv om te zetten zag manlief nog net de herhaling van het doelpunt. Inmiddels wonen we in een vrijstaand huis, geen Henk meer in de buurt die ons waarschuwt. Dat was even wennen. Een paar jaar geleden was er een of ander voetbaltornooi waar manlief absoluut naar wilde kijken. Tijdens de wedstrijden van het Nederlands elftal heb ik braaf mijn mond gehouden, maar als hij het nodig vond om, terwijl ik probeerde te slapen, in bed nog een of andere wedstrijd te kijken keek ik vrolijk mee en gaf ik als volleerd commentator mijn kijk op het hele gebeuren. Dat ging dan meestal in de trant van: “de blauwe heeft de bal en die gele probeert hem af te pakken. Dat is ook niet aardig! Och, nu staan er drie gele en een blauwe dat is niet eerlijk! De gele heeft nu de bal en schopt hem weg. Och, wat zielig! Die blauwe krijgt de bal en een been hard tegen zich aan en die gele rent met de bal verder. Néé, leg het spel stil, er ligt er eentje op de grond! Ga dan kijken man! Hij is gevallen misschien heeft hij wel pijn! Och gèrrem hij moet van het veld gedragen worden, wat zielig! Die andere pakt de bal af en gaat gewoon door. Jeetje in het doel, dat is wel zielig voor die anderen.” Meestal duurde dit nog geen vijf minuten, dan ging de tv uit en kon ik slapen. Manlief adviseerde me om niet bij de NOS te solliciteren als voetbalverslaggever, volgens hem kijkt er dan binnen de kortste keren geen mens meer voetbal. Volgens mij valt het wel mee, maar goed, die ambitie heb ik toch niet. Tegenwoordig kijkt hij in bed tv met een koptelefoon op. Ergens wel jammer, want nu zijn mijn commentaarskills niet meer nodig want ik kan gewoon slapen terwijl hij kijkt.
Met dit EK (of WK???) staat er wel wat vaker voetballen op. Ik ben zo sportief om mijn mond te houden tijdens deze wedstrijden, manlief waardeert dit ten zeerste. Soms kijk ik zelfs even mee zonder commentaar te geven. De spelregels weet ik niet precies maar zelfs ik snap dat de bal het doel in moet en dat het elftal met de meeste goals wint. Natuurlijk ben ik voor Nederland, zo chauvinistisch ben ik wel. Als het voetballen over een paar weken voorbij is komt de volgende sportieve kwelling in beeld: De Tour. Wielrennen kijken vind ik minder erg dan voetballen kijken. Bij De Tour brengen ze het landschap tussendoor mooi in beeld. Bovendien kan iemand die ooit in de organisatie van het WK Wielrennen gezeten heeft (echt waar: in 1998) geen echte hekel hebben aan deze sport. Gelukkig komt na de Tour hét sportieve evenement waar ik al meer dan twee jaar naar uitkijk: de Olympische Spelen. Dát is nu een sportevenement waar ik voor ga zitten. Schat, hoeveel nachtjes nog?
Kaat
Meer lezen? Laat je e-mailadres achter en je krijgt een bericht als ik een nieuwe blog plaats. Je e-mailadres wordt niet voor andere doeleinden gebruikt.
Vroeger….
Jouw schrijfsel doet me denken aan vroeger.
Vroeger keek ik samen met mijn vader naar alle voetbalwedstrijden. Ik wilde echter niet naast hem zitten op de bank want bij ieder doelpunt mepte hij enthousiast op mijn knie.
Mijn handbalshirt had rugnummer 5 want ik was immers dol op Ruud Krol.
Maar nu, vandaag de dag zoals dat heet, kijk ik het liefst alleen naar de Nederlandse doelpunten bij de samenvatting.
Maar, als het per ongeluk op tv is kijk ik wel naar damesvoetbal! Meer aandacht op tv voor de dames in de sport daar ga ik tegenwoordig voor !
Ha ha, voetbal en wielrennen. Alhier komt er nog racen bij, de ergste van alle drie, m.i. Ipv kijken, zou ik liever meedoen. Daar dat geen optie is, mag manlief om mij toch op de bank erbij de houden, de voeten masseren. Een win-win situatie En oh ja, Henk mis ik echt niet
F1 vind ik wel leuk om te kijken, al doe ik soms iets tussendoor. Wij hebben nog jarenlang contact met Henk gehouden maar het is nu verwaterd.