Negatief zijn heeft er in deze coronatijd een positieve lading bij gekregen. Normaal is het glas half leeg als je negatief bent, nu kan het zomaar zijn dat het glas halfvol is. Best raar dat positief testen in de medische wereld iets negatiefs betekent en dat negatief testen juist positief is. Een aantal jaar geleden werd ik getest op de ziekte Von Willebrand. De uitslag was positief. Omdat de arts vond dat er te weinig materiaal was afgenomen moest het nog een keer opnieuw. De tweede uitslag was negatief, de dokter zei dat de eerste test ‘vals positief’ was. Sindsdien ben ik het spoor bijster over negatief en positief. Ik ben er nog steeds niet helemaal van overtuigd dat ik géén stollingsstoornis heb, maar dat is een ander verhaal.
Zelf ben ik positief ingesteld, al kom ik soms negatief over. Ik heb me aangeleerd om in sommige situaties van het negatieve uit te gaan, want vaak valt het dan mee en dat is dan weer positief. Toen Annemieke de afgelopen jaren haar überpuberstreken uithaalde hield ik mezelf overeind door mini-lichtpuntjes te blijven zoeken. Uren te laat thuis, maar ze ís er wel. Diepe onvoldoendes, maar ze was wél op school toen ze daar hoorde te zijn. Ook met corona om ons heen probeer ik de positieve dingen te blijven zien. We eten altijd vroeg want manlief hoeft geen uur naar huis te rijden, maar staat met tien stappen vanuit zijn kantoor in de keuken. We hebben nog steeds genoeg te doen want de deuren boven zijn nog altijd niet geverfd. Op zich is dat natuurlijk negatief, maar ik haat verven en die deuren zijn mijn klus, dus ik vind het wel positief dat we genoeg andere dingen te doen hebben. Deuren verven kan ook in de winter J
Mijn pubers ergeren zich regelmatig aan mijn positieve benadering. Zij zijn in deze fase van hun leven standaard puberaal negatief ingesteld en dan heb je zo’n moeder die altijd wel ergens een lichtpuntje ziet. Voor de pubers vreselijk, voor deze pubermama de enige manier om overeind te blijven in welke crisis dan ook. Mocht ik toch wat langer in negativiteit blijven hangen dan is daar altijd manlief. Hij ziet werkelijk nergens een probleem in en helpt me op negatieve momenten relativeren zodat ik snel weer positief ben.
Gisteren rond de middag begon ik te snotteren. Niet heel erg, maar wel meerdere keren per dag mijn neus snuiten. De avond werd het steeds erger, dus ik besloot dat ik zou bellen voor een coronatest. Mijn pubers reageerden gisteren op mijn gesnotter zoals alleen pubers dat kunnen doen: (h)eerlijk negatief. Volgende week is het vakantie en ze hebben allebei plannen. De één zag de afspraak met vrienden en haar bezoek aan oma al in rook opgaan, de ander voorzag ernstige financiële problemen in combinatie met eenzaamheid, want als ik positief test mag zij niet werken en niet naar haar vriendje. Deze negativiteit werd uiteraard overgoten met een waterig sausje met een vleugje medelijden voor mama, want zo’n test is niet leuk. Dat vind ik dan weer positief aan mijn pubers.
Nadat ik vanmorgen de triage bij de GGD teststraat bij het MECC had doorlopen mocht ik rechtsaf, de rij voor de sneltest in. Geen idee waarom dat mocht, maar ik vond het prima. Ruim een uur later logde ik in en daar stond in dikke letters: ‘De uitslag van deze test is NEGATIEF’. Dat is dan dus positief. Zelfs manlief is blij met deze vorm van negativiteit 🙂
Kaat