Manlief hoeft maar één keer ergens te komen, de keer erop weet hij het feilloos terug te vinden. Ook in een onbekende stad vindt hij snel zijn weg. Na tien jaar weer naar mijn tante in Duitsland? Hij rijdt er zo naartoe. Ik kom tot aan Darmstadt maar na de afslag weet ik het niet meer. Ik kan een route tig keer rijden en nóg weet ik het niet. Manlief denkt dat ik niet goed oplet, maar dat is het niet. Op de één of andere manier slaan mijn hersenen op tilt dan. Visualiseren kan ik al helemaal niet.
Mijn vader had dat ook, dus ik heb het van hem. Binnendoor vanuit Sittard naar hier is zo’n twintig minuten, pap deed er ooit anderhalf uur over. Hetzelfde overkwam mij een keer vanuit Landgraaf terug naar huis. Heen wist ik het, in twintig minuten was ik op mijn bestemming. Terug is andersom en dus totaal anders. Links is rechts, rechts is links, drie straten aan de linkerkant is niet drie straten aan de rechterkant. Zo irritant! Na een tijdje rondjes rijden heb ik het advies van mijn, toen driejarige, dochter maar opgevolgd (‘Mama deze kant op, die kant ga je steeds fout hoor!’). Dankzij haar waren we binnen anderhalf uur thuis.
Als ik ergens vaak kom gaat het uiteindelijk beter. Ik werk nu 21 jaar in Maastricht. De eerste paar jaar ging ik met de bus, geen centje pijn. Met de auto wist ik er uiteindelijk ook te komen, tot ze een keer een weg afsloten. Meteen een uur te laat op mijn werk. Achttien jaar met de auto en twee locaties verder weet ik zowel over de Noorderburg als over de Kennedybrug op mijn werk te komen, maar als ik elders in Maastricht moet zijn moet ik opzoeken hoe ik moet rijden en bidden dat het goed gaat. Dat wordt wat nu de A79 de komende maanden in delen dichtgaat… soms heeft thuiswerken vanwege corona toch voordelen: niet verdwalen bijvoorbeeld.
Als ik ergens heen moet kom ik wel in de buurt, de grote lijn zie ik wel. In Zwolle kom ik via Arnhem en Apeldoorn, dat is geen probleem. Bijna op locatie heb ik wel hulp nodig. Als ik onder het plaatsnaambord Zwolle ga staan krijg ik nooit koffie bij een van mijn nichtjes, gelukkig heb ik TomTom! Vorig jaar ben ik een van de meiden een keer zonder TomTom gaan halen. Ik was al een paar keer bij dit vriendinnetje geweest dus vol vertrouwen ging ik op pad. Dochterlief wilde langer blijven, dat mocht niet van mij, maar ze had toch ruim een half uur mazzel tot ik eindelijk (al ruziënd met Google maps) het pleintje van de juiste kant naderde en het huis herkende. Waarschijnlijk ben ik het plein een paar keer van de andere kant voorbijgereden. Een straat ziet er, als je van de andere kant komt, echt heel anders uit!
Mijn wandelvriendin heeft dezelfde ‘geografische handicap’ als ik. Klinkt goed hè? Beter dan ‘Te stom om de weg te weten’. Al wandelend ontdekken we voortdurend nieuwe onbekende bekende wandelpaden in en rond ons dorp. Als we ooit verdwalen bel ik manlief, die kan op zijn telefoon zien waar ik uithang zodat hij me kan komen redden.
Mijn beide dochters lijken het gen van hun vader geërfd te hebben, zij weten de weg ook bijna overal én ze hebben nooit ruzie met Google maps. Zij snappen niet dat ik, als we op vakantie gaan, altijd een wegenkaart bij me heb. Voor een verblijf in het buitenland haal ik een gedetailleerde kaart bij de ANWB, als we naar mijn tante rijden of binnen Nederland blijven heb ik alleen een overzichtskaart bij me. Natuurlijk bekijk ik de kaart met onze bestemming bovenaan, als het nodig is draai ik ‘m daarvoor ondersteboven. In mijn eigen auto ligt een oud stratenboek én mijn oude upside-down reisatlas van Nederland. De kaarten in dit boek lijken speciaal voor mij gemaakt: als je van Maastricht naar Groningen rijdt ligt Groningen boven aan de kaart en Maastricht onder, MAAR als je van Groningen naar Maastricht rijdt ligt Groningen onder en Maastricht boven. Links blijft links en rechts blijft rechts. Zo handig! Helaas heeft de tand des tijds het ding te pakken gehad, het is een vod geworden. Wie heeft er nog eentje liggen voor mij?
Kaat