Sinds mijn ‘favoriete schoonzoon van boven de twintig’ weer noodgedwongen thuis woont, vertoeft hij regelmatig bij ons. De reisafstand tussen zijn ouders en ons huis bedraagt in het meest gunstige geval ruim vier uur, maar de ervaring leert dat het eerder tegen de vijf uur is. Geen afstand die je even op en neer reist op een dag. We zijn dus regelmatig met z’n vijven en soms ook met z’n zessen want mijn ‘favoriete schoonzoon van onder de twintig’ kom ik ook met enige regelmaat tegen hier in huis. De reisafstand naar zijn huis bedraagt minder dan vijf minuten, dat scheelt.
Eerlijk is eerlijk: het is best wennen dat er vrij frequent twee man extra is, hoe aardig ik de jongens ook vind. Zeker in het begin voelde het toch als een soort ‘inbreuk’ op ons ‘normale leventje’. Aan de andere kant heb ik alle begrip voor de situatie: de twintigers hebben zo’n beetje onofficieel samengewoond en ze zijn druk op zoek naar een plekje voor zichzelf. Het liefst in de omgeving van Zwolle, Deventer of, Apeldoorn, de regio Den Bosch is een tweede optie. Maar ja, een betaalbare huurwoning ligt niet voor het oprapen in deze tijd. Dan maar half samenwonen, dan hier en dan eens bij hem. Omdat wij vinden dat we niet tegen de één kunnen zeggen dat hij altijd welkom is en tegen de ander dat hij maar thuis moet gaan slapen omdat het maar vijf minuten verderop is, zijn we regelmatig met z’n zessen.
Ik snap niet hoe de gezinnen van “Een huis vol” het doen: als de hele bubs hier is lijken het toilet en de badkamer altijd bezet als ik daar gebruik van wil maken. Gelukkig gaat iedereen op een andere tijd weg, anders zou de ochtendspits al voor onze badkamerdeur beginnen. Eten koken blijkt ook een hele uitdaging, want wie eet er mee? Om te voorkomen dat ik kook voor een weeshuis en manlief en ik alleen aan de tafel zitten, of dat ik erop reken dat we met z’n tweetjes zijn en er ineens vier man meer blijkt te zijn, hebben we afgesproken dat ik uiterlijk om drie uur weet wie er mee-eet. Niets aangegeven en toch thuis? Hopen dat we genoeg hebben en anders zelf voor wat te eten zorgen.
De was gaat meestal wel goed want de ene schoonzoon doet zijn kleding gewoon thuis in de was. Alle ‘jongenswas’ die ik in de wasmand vind en die niet van mijn man is, hoort op de kamer van de twintigers thuis. Als ik toch niet weet van wie een kledingstuk is zet ik een foto in de appgroep ‘De hele bubs bij elkaar’ zodat de rechtmatige eigenaar het kan opeisen. Laatst ging het fout en was ik mijn eigen broek kwijt. Alle wasmanden drie keer doorzocht, maar hij was nergens te bekennen. Heel raar, want ik heb korte pootjes dus die broek past niemand anders. Uiteindelijk vond ik hem bij een van de kinderen in de kast, waarschijnlijk was hij vakkundig door mijzelf verkeerd neergelegd.
Hoe gezellig het ook is als de jeugd er allemaal is en hoe ik ook geniet van de rust als de hele bubs elders vertoeft, er is er eentje hier thuis die altijd blij is als iedereen er is: de hond. Een huis vol vriendjes die willen spelen, altijd iemand om mee te knuffelen, altijd iemand die aandacht geeft. Nou ja, totdat de jeugd naar boven vertrekt om een serie te kijken of te gamen. Dan gaat ze liggen slapen op de bank tot er weer iemand beneden komt: knuffelmodus meteen weer aan. Genieten!!!
Liefs, Kaat